Het aanleggen van een tilband of tilmat is een precies en fysiek belastend karweitje. Toch kun je met enig oefening op een ergonomisch verantwoorde manier de tilband aanleggen.

Kortweg kun je een verdeling maken in aanbrengen vanuit zit of aanbrengen vanuit lig. Hieronder volgt voor beide situaties een korte uitleg:

Tilband aanbrengen vanuit zit:

Controleer eerst de maat van de tilband. Neem positie naast de gebruiker en vraag hem met zijn handen op zijn kniën te steunen en licht naar voren te buigen. Geef de gebruiker een veilig gevoel door met je vrije arm voorlangs zachtjes druk te geven op de borstkas. Oefen hierbij geen kracht uit, maar laat hem iets in je arm hangen.

Met je andere, vlakke hand duw je de tiband rustig en diep naar beneden achter de rug van de gebruiker. De tilmatten van Tiltechniek hebben precies in het midden een lusje, waarmee de goed kunt controleren of de tilband goed is verdeeld, maar ook gemakkelijker de tilband naar de bilnaad kunt duwen.

Heeft de gebruiker een goede rompbalans, kun je ook achter de rolstoel gaan staan wanneer je de tilband achter de rug aanbrengt.

Kniel voor de gebruiker op één knie. Blijf dicht bij hem en steun jezelf af, dat is lichter voor jezelf. Met je rechter hand trek je rustig aan de punt van de beenflap van de tilband, eerst de hoek van de zitting in de rolstoel in. En daarna naar voren langs de benen en deels onder de billen van de gebruiker. Ga niet aan de tilband rukken, maar begeleidt met je linker volle hand de tilband goed de hoek in. Herhaal dit aan de andere zijde.

Pas dan breng de tillift rustig dichterbij. Pas op voor de uitsteeksels van het tiljuk van de tillift. Deze kunnen tijdens de handelingen dicht bij het gezicht komen. Loop het liefst steeds om de tillift heen om de lussen of clips van de tilmat aan het draagjuk aan te haken. Haak eerst de schouder lussen aan en vervolgens de lussen van de beenflappen. Meestel moeten de schouderlussen zo kort mogelijk en de beenlussen zo lang mogelijk aangehaakt worden. Daarbij zijn de beenflappen gekruisd bij tilbanden uitgevoerd met tillussen.

Controleer of alle clips/lussen goed vastzitten. Sjor niet en laat desnoods het draagjuk nog even zakken om de lussen of clips beter aan te leggen. Alvorens nu echt te gaan tillen, kun je nog even kijken of de beenflappen mooi glad langs het bovenbeen zitten. Misschien kun je de stof nog even richting de knie strak trekken. Misschien kan de gebruiker zelf de afstandsbediening bedienen, dan kun je zelf je beter concentreren op de transfer.

Tilband aanbrengen vanuit lig:

Zet het bed eerst op de goede werkhoogte en het bedhek aan de andere zijde omhoog. Controleer de maat van de tilmat of tilband en sta in schrede- of spreidstand. Steun tegen het bed. Vraag de gebruiker van je af te kantelen in de stabiele zijligging. De gebuiker kan zich eventueel aan het bedhek vasthouden. Leg vervolgens de helft van de tilband op de goede hoogte op bed en stop de andere helft met je vlakke hand rustig onder de gebruiker, voor zover dat lukt. Precies op het midden van de tildoeken van Tiltechniek zit een lusje, gebruik deze om de tilmat goed te positioneren. Oefen geen kracht uit en ga weer recht staan.

Sta nu in de spreidstand goed gesteund tegen het bed. Laat de gebruiker met je handen mee terug op zijn rug rollen en beweeg zelf mee, maar trek niet. Blijf niet te lang in deze (gebogen) houdig staan, plaats desnoods een knie in bed als het iets langer duurt.

Trek het bedhek omhoog en loop om. 'Friemel' nu voorzichtig en rustig de tilband aan de andere zijde onder de gebruiker vandaan of laat hem lichtjes de andere kant op kantelen. De gebruiker had ook eerst zelf naar je toe kunnen kantelen, dan hoef je niet zelf om te lopen. Maar je moet wel oppassen dat je dan niet te ver reikt.

Breng de tillift of plafondlift dichterbij.  Pas op voor de uitsteeksels van het tiljuk van de tillift. Deze kunnen tijdens de handelingen dicht bij het gezicht komen. Haak eerst de schouder lussen aan en vervolgens de lussen van de beenflappen. Meestel moeten de schouderlussen zo kort mogelijk en de beenlussen zo lang mogelijk aangehaakt worden. Daarbij zijn de beenflappen gekruisd bij tilbanden uitgevoerd met tillussen.

Controleer of alle clips/lussen goed vastzitten. Sjor niet en laat desnoods het draagjuk nog even zakken om de lussen of clips beter aan te leggen. Plaats indien nodig een knie in bed of steun af met je buik of bekken.  Alvorens nu echt te gaan tillen, kun je nog even kijken of de beenflappen mooi glad langs het bovenbeen zitten. Misschien kun je de stof nog even richting de knie strak trekken. Misschien kan de gebruiker zelf de afstandsbediening bedienen, dan kun je zelf je beter concentreren op de transfer.